Home sweet home - Reisverslag uit Utrecht, Nederland van anouk jonker - WaarBenJij.nu Home sweet home - Reisverslag uit Utrecht, Nederland van anouk jonker - WaarBenJij.nu

Home sweet home

Door: Anouk

Blijf op de hoogte en volg anouk

12 Juli 2017 | Nederland, Utrecht

Goedemorgen,

We zijn alweer een weekje thuis en ik dacht voor degenen die nog ontzettend in spanning zitten over wat er precies is gebeurd de laatste 2 maandjes op reis, zal ik nog een laatste reisverslag maken.

2 maanden geleden zaten we nog in Bolivia, maar wat lijkt dat alweer lang geleden. Na La Paz, de vreselijk interessante maar vreselijk lawaaiige en stinkende stad, vertrokken we snel richting Peru. In Peru hadden we een strak ritme. Na onze ogen uitgekeken te hebben bij Lake Titicaca (ja, het is echt zo groot dat het wel een zee lijkt) reden we verder naar Arequipa, wat ik mooiste stad van Peru vond. Onzettend mooie kerken en kloosters, normaal zijn die mooi maar ben je er redelijk snel op uitgekeken, maar hier hebben we een hele ochtend in een nonnenklooster doorgebracht. Ook probeerden we hier verschillende Peruaanse delicatessen uit, sommigen (gevulde pepers) geslaagder dan anderen (weeige sapjes met melk en lokaal fruit).

Hierna vertrokken we naar de Cotahuasi Canyon. Dit is de diepste canyon ter wereld, heel cool dus. In deze canyon was het echt alsof we jaren terug de tijd in reden. Allemaal wasbord/haarspeldweggetjes de ene na de andere bergrand over, dus echt snel ging het allemaal niet. We reden door dorpjes waar niemand een auto leek te hebben, en waar wij met onze grote auto + daktent dus nogal een bezienswaardigheid waren. We werden dus flink aangestaard en onze vriendelijke glimlachen en vrolijke gezwaai werd beantwoord met een nog fronsender gestaar. Dit betekende overigens niet dat het onvriendelijke mensen waren, wanneer we in gesprek kwamen om de weg te vragen etc bleken ze prima aardig te zijn. Heel bijzonder aan deze omgeving waren de pre-Inca akkertjes die o-ve-ral de bergen op liepen. Op deze plek leefden al heel vroeg allerlei beschavingen, en de grond is erg vruchtbaar, dus werkelijk elk stukje lijkt ooit bebouwd te zijn geweest of wordt nog steeds actief verbouwd. Sommige van die akkertjes lijken haast verticaal de berg op te zijn gebouwd, wat een heerlijke fysieke bezigheid zal het bewerken daarvan zijn geweest, maar het ziet er in elk geval wel prachtig uit. Nu hadden we gezien dat er 2 wegen de canyon weer uit waren, althans die op de kaart zichtbaar waren. Maar we waren inmiddels meer dan 3 maanden op reis en voelden ons echte avonturiers, en dus besloten we onze eigen weg, off route, de canyon weer uit omhoog te zoeken. Dit ontaardde in een paar uur prachtige route en ons stipje op de kaart verplaatste wel degelijk de goede richting uit, maar toen kwamen we in een wel erg afgelegen dorpje waar de weg op leek te houden. Dit werd bevestigd door een eerst boos kijkende, toen aardig blijkende, dorpeling. Weer terug dus. De volgende dag reden we dan toch maar via de geijkte route de canyon uit, helaas was dit voor de eerste 80% over extreem slechte wegen en duurde 200 km bijna 10 uur #feest.

Hierna waren we (ik) wel even klaar met bergen en begaven we ons naar de kuststreek. Hier stonden een aantal toeristische hoogstandjes op het programma zoals de Nazca lines (door het Nazca volk getrokken lijnen in de woestijn) en grote zandduinen met een oase bij Huacachina. De Nazca lijnen waren een grote deceptie, aangezien het "view point" een soort brandtrap naast de snelweg was, waarvandaan je een aantal figuren kon zien maar waar de snelweg ook dwars doorheen liep. Nu geef ik toe dat we niet de dure vlucht hebben gemaakt waarbij je ook nog veel andere figuren kan zien, wat vast indrukwekkender geweest zal zijn, maar dat paste helaasch niet in het budget. Na hier snel weggereden te zijn zouden we hoge zandduinen met een oase bekijken. De oase was volledig omringd met hostels, tour bedrijfjes, en restaurants, en was alle charme en natuurlijke schoonheid verloren. Ook hier waren we binnen no time weer weg. Op naar Lima, waar ik me verheugde op weer een paar dagen in een hotel (douche, internet, een bed) en mezelf helemaal volproppen met Peruaanse delicatessen. Eten was in Lima dan ook onze voornaamste bezigheid en dat vonden we allebei prima.

Na Lima vertrokken we richting Ayacucho waar Oscar, een vriend van Paul, een jaar woont en werkt. Dit was een erg leuke ervaring omdat Ayacucho niet zo'n toeristische stad is en Oscar allemaal leuke inside info had. Het was erg gezellig hier een paar dagen door te brengen. Omdat we toch al het einde van de reis voelden naderen waren we inmiddels begonnen met berekenen wanneer we in Suriname wilden arriveren, en wanneer we dus moesten beginnen aan de oversteek door Brazilie, en wat we daarvoor nog wilden doen in Peru. Zodoende hadden we een zeer strak schema bedacht waarin we nog rustig naar Machu Picchu konden EN een meerdaagse jungletocht aan de grens met Brazilie. Zoals met alle strakke schema's die niet door een militair regime maar gewone burgers worden uitgevoerd, liep dit niet volgens plan. Door autopech. Altijd fijn. Vlak na Ayacucho hadden we een vrij groot probleem met aandrijfas en versnellingsoliebak, waarover ik niet verder in detail zal treden, maar waar we een aantal dagen mee bezig waren. Dat betekende dat we een moeilijke keus tussen Machu Picchu en de jungletocht moesten maken. Aan de ene kant was ik dus nogal klaar met bergen (ook de auto was duidelijk geen fan en liet dit merken door telkens een nieuw verontrustend geluidje te maken bij een zware klim) en had ik zin in jungle (warmte), Machu Picchu is toch wel een soort van "uniek" en we zouden waarschijnlijk spijt krijgen wanneer we dit oversloegen. Op naar MP dus. Nu is dit de afgelopen jaren meer en meer toeristisch geworden en zijn er allerlei regels aan verbonden. Zo kun je er niet met de auto, maar alleen per extreem duur treintje en daarna eventueel extreem duur busje. We besloten een balans te maken tussen kosten en comfort, en dus vanaf parkeerplek heen te lopen (11 km) naar dorpje waar je bus kon pakken, dan met busje omhoog (haat aan omhoog lopen) naar MP site, omlaag lopen, en weer treintje terug, een beetje om en om dus. Helaas bleek bij aankomst in het dorpje tussen trein en bus dat de treinen in de middag niet meer gingen, uiteraard ZONDER aankondiging van te voren. Dit vatte ik niet al te best op en Paul moest snel een groot panini broodje en taartje van frans bakkertje in me proppen voor we verder konden. Als troost deden we maar busje zowel omhoog als omlaag. MP zelf was inderdaad erg indrukwekkend, vooral omdat je je constant afvraagt HOE ze in godsnaam alles op zo'n plek gebouwd hebben. Enorm grote rotsblokken, loodrecht gelegd, en ook liggen er stenen die bijvoorbeeld zowel naar het magnetisch als geografisch noorden wijzen (wederom, HOE hebben ze dat in die tijd zonder hulpmiddelen uitgevonden??). Prachtig uitzicht ook. Het was helaas dus wel schaamteloos toeristisch en met overal strenge guards die je de juiste richting opsturen. Door een aantal rebelse acties tegen het verkeer in zaten we op een gegeven moment vast achter een groep senioren die toch wel erg moeite hadden met de hobbelige paadjes en trapjes maar waarbij de dames heel galant geholpen werden door hun echtgenoten (Paul kan daar nog puntje aan zuigen, die loopt vaak al meters verder als ik nog een bergrand op of af aan het klauteren ben). Nadat we het zalige comfortabele busje teruggenomen hadden begonnen we aan de ongeplande en ongewenste teruglooptocht van wederom 11 km. Dit viel gelukkig mee omdat het meer naar beneden was dan de heentocht, en erg moe maar voldaan kwamen we terug bij de auto.

Vanaf MP reden we linea recta naar de grens met Brazilie. De weg hierheen was onderdeel van de Interoceanica route, die loopt van de westkust van Peru helemaal naar de oostkust van Brazilie, en is goede kwaliteit asfalt. Heerlijk dat. Klein puntje van aandacht was wel dat ondanks de reparatie de aandrijfas nog steeds een verdacht geluid maakte, en daarom heeft de as tijdens de asfaltstukken gezellig naast mijn voeten gelegen ipv onder de auto gehangen #bonding #qualitytime. Dit was op zich geen probleem, Paul had na uitvoerige skypesessie met zijn alwetende vader besloten dat de auto best gedegradeerd kon worden van 4wiel aandrijving naar 2wiel op asfaltstukken. Dit had dus wel als gevolg dat Paul op niet-asfaltstukken elke keer de auto onder dook om de as er weer op te zetten voor de rest van de reis en daarbij telkens grote klonten modder aan zijn shirt had kleven en die ook de auto inbracht.

Eenmaal in Brazilie was het feestje nog niet over, want de wegen waren nog steeds goed, de mensen waren aardig, het eten was lekker, en, het was er zo ontzettend schoon overal! Op elk bureau in de douane stond een eigen flesje schoonmaakmiddel en dat was te ruiken. Ook in elk restaurant stond een wastafel gewoon in het restaurant met verscheidene flesjes zeep en schoonmaakmiddel. De eerste dag in Brazilie zagen wij er op zijn zachtst gezegd nogal smoezelig uit, van de modder, onder de auto liggen, en camping life in het algemeen, maar nadat we dit gemerkt hadden zochten we asap een douche om niet zo ontzettend uit de toon te vallen. Grappig detail, in Brazilie dachten veel mensen dat we Argentijns waren, niet per se Europeaans, omdat Argentijnen ook redelijk licht kunnen zijn. Goed terug naar de route, het stuk wat ons te wachten stond kon worden opgedeeld als volgt: eerst een stuk goede asfaltweg, dan 800 km verschrikkelijke beruchte terror modderweg, en dan nog paar honderd km tot grens met Brits Guyana. De verschrikkelijke modderweg zou in het droge seizoen goed te berijden zijn, maar wij zaten in het staartje van het regenseizoen en uiteraard kregen wij met regen elke dag de weg in volle glorie te zien. Door een zeer gelukkig toeval ontmoette we op het laatste tankstation voor dat stuk het stel Thomas (Frans) en Chiara (Italiaans) met hun Land Rover Defender (zuster model van de Discovery), die ook deze route wilden gaan rijden. Nu volgt een logboek van deze expeditie.

Dag 1:
Laat vertrek van het tankstation door laatste inkoop spullen. We verwachtten het ergste en hebben voor minstens 2 weken water en proviand ingeslagen. Het eerste stuk is nog geasfalteerd maar met grote kuilen waardoor je alsnog niet erg hard kunt rijden. Ook lag Paul meer onder de auto dan dat hij erin zit aangezien er een nieuw geluid is ontstaan (het blijkt de stabilisator te zijn die losgeraakt was en tegen de onderkant aanmepte met een alarmerend hard gebonk) en de aandrijfas er op en af gehaald moest worden. We sliepen in een stuk langs de weg met hoog gras wat door Thomas en Paul gekapt werd omdat ik bang ben voor slangen. Niet onterecht, in de middag zagen we een grote (tussen 2-3 meter) slang van de weg glibberen terwijl we in de auto zaten. Ik heb snel de raampjes dichtgedaan (niet echt rationele oplossing maar whatever).

Dag 2:
De ochtend werd weer onder de auto doorgebracht door Paul, die na een aantal gefaalde pogingen de stabilisator te stabiliseren (lol), hem maar helemaal heeft losgekoppeld "want die hebben we voor nu toch niet nodig". Het geluid verdwijnt. We reden weer redelijk langzaam, veel gaten ontwijkend, verder. We sliepen aan de voet van een radiotoren met onderhoudshuisje. Elk half uur ging van binnen de telefoon (creepy) en dan deed vervolgens een vogeltje dat geluid na (ook creepy). Wel vloeide er flink wat rum die avond dus werd het toch nog gezellig.

Dag 3:
De zwaarste dag. Het echte modderstuk begon hier. Na de eerste 5 km zitten we direct vast, en het duurde anderhalf uur voor we eruit waren. Hier bleek dat het handig is deze tocht gezamenlijk te doen, we kunnen namelijk met de ene auto de andere auto uit een modderbad slepen. Het is onvermijdelijk om vast komen te zitten, de modder is bijzonder glad en plakkerig. Een van onze oplossingen is afgebroken stukken asfalt te zoeken en deze als een pad door de modder te leggen, om grip voor de banden te vergroten. Dit is een zeer arbeidsintensief karweitje waar je ook nog erg vies en modderig van wordt. Daarbij wordt je lastiggevallen door een NIET aflatende stroom muggen, vliegen, en vlinders (mijn houding ten opzichte van vlinders is danig veranderd deze periode). De eerste paar keer uitgraven gingen nog niet zo soepel. Door al het gestuntel reden we over de hele dag maar 30 km... Ook kwamen we een ouder Braziliaans stel tegen wat we uit de modder gered hebben, ze stonden er al sinds de vorige avond. De rest van de tocht rijden ze met ons mee om te profiteren van onze auto's, hulp, en trekkabels en lieren. Ze lieten ons veel grof graafwerk doen en bleven zelf redelijk schoon. Nee hoor, ze waren best aardig. Schoonmaken tussendoor of aan het eind van de dag heeft geen zin meer, we waren beyond smerig. Paul had ook de hele dag weer onder de auto gelegen om het differentieelslot om te zetten (bij sommige auto's is dit per knopje in de auto, bij deze om onverklaarbare redenen niet, kwam heel goed uit in de modderpoelen). We spoelden onze handen af in plassen die nog niet modderig zijn, dat is het level waar we op zaten. 's Nachts sliepen we gewoon OP de weg, wat prima kan omdat er geen verkeer is (niet veel anderen vatten het plan op deze weg pas na regenseizoen te rijden).

Dag 4:
Ook veel modder, maar we waren er beter in geworden. Onze tactiek is eerst Chiara/Thomas' auto een modderplas over te sturen, dan de onze (die heeft trekhaak van achter en lier van voor), en dan de Brazilianen. Ook kwamen we 's middags grote rupsvoertuigen en graafmachines tegen die de weg aan het bewerken waren en moddervrij aan het maken, dit hielp heel erg en vanaf toen konden we redelijk doorrijden. Aan het eind van de dag bereikten we een dorpje vanaf waar we een veerboot moesten nemen. Hier bleven we dus maar kamperen en konden genieten van lekker eten en koude biertjes en een douche. Ook spotten we in de rivier dolfijnen, heel gaaf.

Dag 5:
's Ochtends veerboot, vanaf toen weer goede weg tot aan de volgende veerboot de Amazone over, naar Manaus. Manaus is een miljoenenstad in het hart van de Amazone, heel bijzonder. Op de veerboot ontmoetten we een Braziliaanse man die daar woonde, en het een bijzonder slecht idee vond dat we zomaar ergens in de stad in onze tent op de auto wilden gaan slapen want onveilig. Hij nodigde ons vieren uit bij hem thuis waar we voor de deur konden kamperen, in een soort gated community, erg veilig dus. Toen we aankwamen wuifde hij ons zijn enorme en luxueuze en brandschone huis in en begon ons vol te proppen met lokale delicatessen en allerlei fruit wat hij op zijn land buiten de stad verbouwden. Nee was niet acceptabel en als we zeiden iets lekker te vinden kregen we onmiddellijk een tweede portie. Zo ontzettend gastvrij en gul, heel bijzonder. Hij leek er zelf enorm van te genieten en daarom vonden wij het ook wel prima. De volgende ochtend geschiedde hetzelfde bij het ontbijt.

Toen we eenmaal het modderstuk achter de rug hadden en in Manaus waren, leek het verder allemaal kinderspel. We zeiden voorlopig gedag tegen Thomas en Chiara die wat langer in Manaus wilden blijven, en reden in rap tempo verder naar de grens met Brits Guyana. Guyana beviel ons totaal niet, de eerste keer dat we zoiets ervaarden. Vanaf het begin waren de meeste mensen onvriendelijk, onduidelijk en onbehulpzaam, terwijl we nota bene voor het eerst deze reis ergens vloeiend de taal spraken (engels). Ook waren er meer dan in andere landen procedures die we moesten volgen en zo kwam het dat we in Georgetown (de hoofdstad) de hele dag van hot naar her liepen om vergunningen te verlengen, geld te wisselen op onduidelijke plekken, 15894 kopietjes van documenten te maken die toch niet nodig bleken, op tijd een visum voor Suriname aan te vragen, etc, alles vertraagd door de verkeerde of onduidelijke instructies van de mensen aan wie we dingen vroegen. Onze haat aan Guyana bereikte een hoogtepunt tijdens de overtocht per veerboot naar Suriname. Van te voren was er nauwelijks informatie over prijzen voor kaartjes of tijden waarop de boot ging (een klantvriendelijke eenmaal per dag), en dus gingen we goed voorbereid en ruim op tijd naar de haven, met, zo hoopten we, meeeer dan genoeg contant geld op zak. We kampeerden voor het hek van de haven en konden 's ochtends als eerst naar binnen. Eerst werden we ondervraagd over de soort messen die we bij ons hadden (keukenmessen) en moesten we die inleveren (oke). Vervolgens mocht ik Paul's paspoort niet vasthouden maar moest hij dat zelf doen. Toen we eenmaal ingeschreven waren kwam de prijs van het ticket en die bleek meer dan dubbel dan wat we verwachtten op basis van verslagen van eerdere reizigers. Dat hadden we niet bij ons in contanten en uiteraaaard was nergens pinapparaat/mogelijkheid met creditcard, reactie kassameisje oke vette pech bye. Gelukkig had ik een brainwave en bedacht ik dat we nog een oude iphone 4 hadden waar we muziek op hadden gezet, maar die niets meer waard zou zijn in NL. In Guyana lopen ze gelukkig een paar iphone generaties achter en zo konden we het oude ding voor een leuk prijsje verkopen aan een geldwisselaar die ergens rondliep en hadden we plotsklaps ruim voldoende om de boottickets te kopen. Eind goed al goed, en zo arriveerden we netjes op tijd in Suriname om daar nog 1.5 week met Paul zijn ouders door te brengen.

Hans en Caroline hadden een heerlijk huis gehuurd in Paramaribo en daar hebben we nog even heel fijn vakantie gevierd. Na de modderige beproevingen waren we wel toe aan wat ontspanning. De eerste paar dagen in het bijzonder hebben we niet erg veel uitgevoerd maar vooral in de luchtstroom van de airco of ventilator gelegen en genoten van het feit dat er een koelkast vol met koude drankjes was. Toch hebben we wel een en ander gezien van de omgeving van Paramaribo. We hebben zeeschildpadden aan de kust zien komen om hun eitjes te leggen, en zeeschildpadjes die net uit eitjes kropen geholpen hun richting naar zee te vinden. Het was heel bijzonder zo'n natuurlijk fenomeen mee te maken. Verder hebben we Paramaribo bekeken, een erg kleine hoofdstad met haast alleen laagbouw, sommige huizen en gebouwen in oude Nederlandse stijl met kleine baksteentjes, sommige gebouwen van hout in Surinaamse stijl, erg mooi. We zijn naar het havendorpje Domburg geweest, waar we heerlijk hebben gezwommen en waar we heel gezellig Thomas en Chiara opnieuw zagen, die waren inmiddels ook in Suriname gearriveerd. En we hebben de Sugar Trail gedaan, over de geschiedenis van suiker in Suriname, waarbij we oude plantages en een oude rumfabriek bezichtigd hebben. Ook hebben we natuurlijk veel lekker gegeten, ook dat kan prima in Suriname. Na anderhalve week was het tijd voor ons om terug naar huis te gaan, Hans en Caroline bleven nog een paar dagen. Na al die tijd hadden we toch ook echt zin terug te gaan. We merkten allebei dat je op een gegeven moment ook een beetje verzadigd raakt van nieuwe indrukken, mooie plekken, bijzondere landschappen, etc. Het was mooi geweest. Op Schiphol werden we opgehaald door mijn ouders, Merlijn, en Julius, die tot Paul's grote vreugde zelfs een klein plasje deed van blijdschap (Julius, niet Merlijn). We zijn een paar dagen in Voorburg helemaal vertroeteld en in de watten geled door mijn madre, en nu weer terug in Utrecht, ons echte home sweet home.

xoxo uit Uutje,
Anouk & Paul

  • 12 Juli 2017 - 12:35

    Hanna:

    Hoera! Veilig weer terug! Welkom thuis, laat de sleutel maar weer begonnen

  • 12 Juli 2017 - 12:35

    Hanna:

    Ik bedoel; de sleur maar weer beginnen....

  • 13 Juli 2017 - 22:44

    Rinke:

    wow, diep onder de modder (indruk) van alle belevenissen en ontberingen. snap ook wel dat je op het laatst een beetje verzadigd raakt; mooi mechanisme eigenlijk, want dan is thuis weer iets om je op te verheugen.
    dank voor je verhalen en geniet lekker van het utrechtse leventje. tot in september (merlijns verjaardag) misschien?
    xx

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Nederland, Utrecht

anouk

Actief sinds 29 Juni 2008
Verslag gelezen: 1856
Totaal aantal bezoekers 34198

Voorgaande reizen:

20 Januari 2017 - 04 Juli 2017

Zuid Amerika 2017

28 Maart 2011 - 28 Juni 2011

barcelona

23 September 2010 - 12 Maart 2011

cambridge

07 Juli 2008 - 04 Augustus 2008

Mijn eerste reis

Landen bezocht: